Wanneer je de recente winnaars van het puntenklassement van de Vuelta bekijkt, zie je daar vaak geen sprinters maar klimmers staan. Toch apart voor een klassement wat in de volksmond bekend staat als het ‘sprintersklassement’. Dat vonden ze bij de Vuelta dus ook, en sinds vorig jaar is de puntentelling daarom op de schop gegaan. Er zijn nu meer punten te verdienen bij de vlakke etappes én bij de tussensprints. De grote kanshebbers voor dit klassement zijn daarom ‘gewoon’ weer de sprinters.
Met een sprinter als Tim Merlier (€3.500.000) in de ploeg heb je een garantie op etappezeges in de massasprints. De Belg is echter bezig aan zijn laatste maanden bij Alpecin-Fenix en hoopt dat zijn ploeg hem nog een deelname aan een grote ronde gunt. Indien hij in Utrecht aan de start staat, zal hij er alles aan doen om zijn trilogie (ritoverwinningen in Giro, Tour én Vuelta) te voltooien.
Hoewel hij niet een geweldig seizoen draait, stelt Pascal Ackermann (€3.000.000) in een grote ronde nooit teleur. In zijn beide twee deelnames won hij twee etappes. Het was de basis voor winst in het puntenklassement in de Giro van 2019. In de Vuelta werd hij al eens 6e in het ‘oude’ puntenklassement.
Ook Sam Bennett (€3.000.000) weet wat het is om een puntenklassement te winnen. In de Tour van 2020 verzamelde hij al eens de meeste punten, en in de Giro en Vuelta stond hij al driemaal op het podium in het 'sprintersklassement'. Voeg daar nog eens aan toe dat de "beste lead-out ter wereld" hem naar de finishlijn begeleidt en zo'n podiumplek is niet ondenkbaar. Maar is dat het waard voor zijn prijskaartje?
Hoewel Dylan Groenewegen de meeste aandacht opeist als sprinter van BikeExchange-Jayco rijdt er dit jaar in zijn schaduw een Australiër zeer knappe uitslagen: Kaden Groves (€2.500.000). Tijdens Tirreno-Adriatico en de Ronde van Catalonië zat hij er bij de massasprints altijd bij: 1x 5e, 3x 3e en een overwinning! Met die betrouwbaarheid koop je gegarandeerd punten voor in de massasprints.
Ook Trek-Segafredo stuurt een rappe man mee naar deze Vuelta. Net als in de afgelopen Tour de France mag ook nu Mads Pedersen (€2.500.000) zich laten zien in de ietwat vlakkere ritten. De Deen is overigens geen pure sprinter. Zo wist de voormalig wereldkampioen op de weg in de Tour nog een heuvelrit op zijn naam te schrijven en eindigde hij in die ronde in de top 100 van het algemeen klassement. Dat hij deze Vuelta kan uitrijden, lijkt dan ook een zekerheidje. Of hij dat met het oog op het WK ook gaat doen, is afwachten.
Aangezien de Vuelta ook wat etappes als vlak ziet (en dus maximale punten voor het puntenklassement toekent) die helemaal niet zo vlak zijn, kan het geen kwaad om te kijken naar de sprinters die wel een hobbeltje overleven. Dan kan je met Ethan Hayter (€2.500.000) het verschil maken. Eigenlijk weet niemand nog waar zijn kracht écht ligt, maar de jonge Brit eindigt vaak erg kort in de etappes met een lastige finale. Ook het selecteren van Andrea Vendrame (€1.500.000) lijkt daarmee logisch. Zelfs in de sprints van de Giro 2022 deed de Italiaan zijn best om een zo hoog mogelijke notering te rijden en ook werd hij in het puntenklassement van de Giro van 2020 al eens een keer zesde.
Bryan Coquard (€2.000.000) stond klaar om te schitteren in de Tour de France: een goed voorjaar en ervaring in de grote rondes. Klinkt positief toch? Dat was zijn coronatest daags voor de start helaas ook. Een streep door de rekening van de kleine Franse sprinter die nu in de Vuelta zich hoe dan ook gaat mengen in de massasprints.
Vanuit België dient het volgende sprinttalent zich alweer aan: Gerben Thijssen (€1.500.000). Wellicht komt hij nog te kort voor een eindoverwinning voor de groene trui, maar punten sprokkelen (zowel in het puntenklassement als in Scorito) lijkt een garantie. De man van Intermarché-Wanty-Gobert was op 22-jarige leeftijd al goed voor een tweede plek in een massasprint en lijkt dit jaar nog beter te zijn geworden. Zo sprintte hij naar de winst in de 2e etappe van de Ronde van Polen en liet hij Ackermann, Bennett, Démare en Viviani achter zich.
